PIETER

 

Oupeye, provincie Luik.

 

 

De koolmijn Piéter, ook wel Houillière Biquet-Gorée genoemd, was de énige mijn van de SA des Charbonnages d'Oupeye. Het bedrijf ontgon de concessie "Biquet-Gorée" (484 ha).

Het was de meest noordelijke mijn in het steenkoolbekken van Luik. De mijn had twee schachten, respectievelijk 99 meter (luchtschacht) en 208 meter (extractie) diep. In 1913 bedroeg de jaarproductie 19390 ton steenkool (21110 ton in 1897) en werkten er 127 mensen. De mijn sloot reeds een jaar later en werd definitief verlaten in 1917.

 

Later werden er enkele woningen gebouwd op het mijnterrein. In één van die woningen gebeurden er verzakkingen. Blijkbaar was deze gebouwd op een deels ongevulde schacht. Er kwam heel wat beton aan te pas om de schacht goed te dichten.